De digitalisering van de cultuur
Een veelzijdige poging om de mens te verzwakken
door Stef van Beek
Vanmorgen werd ik wakker met het volgende inzicht: de machthebbers in de moderne, kapitalistische wereld stellen alles in het werk om de mens zo ver weg van zijn eigen natuur en van zijn eigen kracht te krijgen, als maar mogelijk is. Er zijn eindeloos veel manieren waarop zij dat proberen, maar ik zie in al die manieren wel duidelijk één lijn, die zichtbaar wordt als je op een ongebruikelijke manier naar de moderne ontwikkelingen kijkt. Aan de hand van voorbeelden die we allemaal wel kennen, zal ik deze lijn die neerkomt op het begrip digitalisering, proberen weer te geven.
Geluid: analoog versus digitaal
Meestal gebruiken we de term analoog enkel voor geluidsweergaven, zoals LP’s en cassettes, waarbij het beeld opkomt van de romantici die meestal “onbegrijpelijk” vasthouden aan hun oude platen, “omdat ze niet mee willen gaan met hun tijd”. Zij weten meestal precies waarom analoog geluid “beter is” en daarnaast voelen zij ook dat de analoge weergave warmer, sfeervoller, echter en imperfecter is dan de digitale weergave. Desondanks wordt hun voorkeur toch vaak niet begrepen door hun omgeving.
Ik begrijp het wel. Als je natuurlijk geluid analoog weergeeft, speel je precies af wat je opgenomen hebt. Het werkt als een soort spiegel die, niet beeld maar geluid, herhaaldelijk kan weerkaatsen. De natuurlijke, vloeiende sinus van het geluid blijft intact en dat voel je. Het digitale geluid is daarentegen gereconstrueerd aan de hand van ijkpunten. Hoe veel ijkpunten je ook neemt, ergens missen we de vloeiende lijn van het analoge geluid. In de onderstaande figuur wordt het verschil tussen analoog (sinus) en digitaal (gemodificeerde sinus) duidelijk in beeld gebracht.
Ik denk dat we op het gebied van muziek die discussie allemaal wel kennen, tussen de voorvechters van het romantische analoge en de pro-digitale moderniseringsstrijders. Maar ik wil deze discussie uitbreiden naar alle andere gebieden waarop de digitalisering heeft toegeslagen. Ik denk daarbij in eerste instantie aan bijvoorbeeld: beeld, de media, communicatie, voeding, de medische wereld, het menselijk lichaam en uiteindelijk ook de menselijke geest. Waarom? Omdat we in onze moderne maatschappij een machtige digitaliserende invloed hebben kunnen waarnemen, die al deze gebieden van onze cultuur manipuleert, zonder dat we ons daar echt bewust van zijn.
Digitalisering van het beeld
Analoog Digitaal
Als je de beide figuren bekijkt, zie je links een plaatje van een egaal ronde klok en rechts een ietwat hoekige, donkere nabootsing van de omtrek van diezelfde klok. Laten we aannemen dat de klok analoog is gefotografeerd, dat de natuurlijke vorm niet is geïnterpreteerd, maar direct weergegeven. De rechter figuur is een digitale, gereconstrueerde versie, ofwel geïnterpreteerde namaakversie van de klok. Je ziet een allesbehalve vloeiende cirkel, waarop de afzonderlijke beeldeenheden (de pixels) overduidelijk zichtbaar zijn. Dat is nu het verschil tussen analoog en digitaal, tussen de natuurlijke weergave en de geïnterpreteerde reconstructie.
Als dingen onnatuurlijk (digitaal) in beeld gebracht worden, dan voelt het beeld ook niet zo echt aan. Het vergroot de afstandelijkheid waarmee wij naar dat beeld kijken. Je mist in digitale foto’s de natuurlijke flow, van licht naar donker en van de ene kleur naar de volgende. Betere digitale camera’s maken dan wel foto’s waarop de pixels met het blote oog niet meer apart waarneembaar zijn. Maar toch, ons onderbewuste waarnemingsapparaat laat zich veel minder makkelijk misleiden, dan ons bewustzijn. En dus zien wij bij een digitale kwaliteitsfoto met het oog niet een onnatuurlijk beeld, maar we voelen wel iets anders dan bij een analoge foto. Ik heb soms het idee dat een digitaal beeld een esthetisch geperfectioneerde werkelijkheid laat zien. Het digitale beeld komt daardoor minder diep en minder echt binnen.
De machtige combinatie geluid en beeld
Beeld en geluid hebben bij de digitalisering dus een vergelijkbare, gevoelsmatige verarming doorgemaakt. Door geluid en beeld zo los van elkaar te zien, lijkt het allemaal nog niet zo ernstig. Maar als we het hebben over de combinatie van geluid en bewegende beelden, dan spreken we over het meest invloedrijke medium dat we kennen: de televisie. De televisie wordt eigenlijk ervaren als een venster op de wereld. De beelden en geluiden simuleren zo goed de werkelijkheid, dat we geneigd zijn om onze televisie-ervaringen, bewust of onbewust, als echt te beschouwen.
Maar in wezen is de televisie een gemanipuleerde reconstructie van de werkelijkheid. Ergens weten we dat het allemaal geënsceneerd is, dat soapseries bijvoorbeeld niet echt zijn en dat ook het nieuws niet objectief is. Maar als we even minder op onze hoede zijn en dat zijn we vrijwel altijd, dan vergeten we gemakkelijk die onechtheid, vergeten we kritisch te zijn en raken we geneigd de trend te volgen die door de televisie gezet wordt. Televisie is daardoor het ideale medium om trends en verborgen boodschappen over te dragen op de kijkers.
De trends die de televisie kan overdragen, kunnen emotioneel zijn. Een personage in een soap kan bijvoorbeeld een terecht wantrouwen hebben ten opzichte van haar partner. Een kijkster kan het wantrouwen kopiëren en denken: “Je kunt ze ook echt niet vertrouwen, die mannen!” Alsof alle mannen zo slecht zijn als het personage in de soap. Maar het kunnen ook rationele trends zijn, zoals dat in een talkshow iemand wordt onderuitgehaald, omdat hij geen steekhoudende argumenten heeft om zijn standpunt mee te onderbouwen. Het idee dat je zonder argumenten geen recht hebt op een eigen standpunt, is gemakkelijk te kopiëren door de kijker.
In feite zijn er zoveel soorten trends, die allemaal het gedrag van de kijker (willen) beïnvloeden, dat we niet de tijd nemen om van elke trend, van elk voorbeeld, de persoonlijke waarde voor ons zelf te onderzoeken. Mensen krijgen simpelweg niet de tijd, om zich af te vragen wat zij er nu eigenlijk zelf van vinden. Alle beelden en geluiden op de televisie volgen elkaar zo snel op, dat je vanzelf informatie gaat absorberen in plaats van deze direct te verwerken.
In die absorptie van informatie schuilt een groot gevaar, namelijk de overdracht van ideologie van zender naar ontvanger, zonder dat de ontvanger de in de informatie geïntegreerde visie door zijn eigen waarheidsfilter haalt. En aangezien die geïntegreerde boodschappen, niet zomaar willekeurig gekozen worden, maar onderdeel uitmaken van een grotere ideologie, is de televisie een ideologievormer bij uitstek. De kijkers worden op heel veel manieren een bepaalde kant op gestuurd.
De boodschappen van de televisie die het meeste geïnjecteerd worden in de kijkers, is “koop jezelf gelukkiger” en “wees bang want er dreigt van alles”. Dit zijn consumptiestimulerende en vertrouwenondermijnende boodschappen, die op heel veel manieren overgedragen worden op de kijkers. Waarom? Omdat de massaconsumens vooral niet onafhankelijk moet gaan denken, of tevreden mag worden. Hoe zielsbewuster de mens is, hoe minder hij geneigd is om zijn innerlijke leegte te compenseren door veel te consumeren en hoe minder bang hij is. Terwijl angst nu juist zo goed is om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. Nee, een tevreden en vertrouwensvol mens is slecht voor de economie en slecht voor de belangen van de televisiemakers. Dus proberen de bedrijven die de media beheersen, de kijker zo veel mogelijk ego-desire (ik wil hebben) en zo weinig mogelijk soulfood (ik ben) te geven.
De meeste kijkers willen ook geen soulfood, want dat kost ze te veel voel- en denkwerk en daar is geen tijd voor. Als je nauwelijks tijd hebt om het te verteren, eet je ook liever een ongezond wit broodje hazelnootpasta, dan een gezonde plak roggebrood met oude kaas. "Er wordt al zo veel van je verwacht in het werkende, studerende of sociale leven." Dus als je thuiskomt wil je liever sexy, trendy, snelle en sportieve vermaakprogramma’s. Het nadenken over het leven wordt uitgesteld. Trouwens, dat nadenken doen de programmamakers wel voor jou. Handig toch?
Het probleem met het uitbesteden van het denken over essentiële vraagstukken en de ideologie-overdracht, is dat je vervreemdt van je eigen waarheid en dus van jezelf. Je wordt steeds meer een standaard iemand. De werkelijkheid wordt daardoor in steeds mindere mate jouw persoonlijke werkelijkheid, maar een onpersoonlijk, door anderen geconstrueerd beeld. Dat maakt de werkelijkheid, naast onecht en onnatuurlijk, objectiever, rationeel verklaarbaar, maar niet voelbaar en niet van jou. De waarheid is namelijk subjectief. Als iets voor jou niet als waar aanvoelt, dan is het ook niet waar voor jou. Als iedereen zijn eigen waarheid kent, maakt dat de interactie met anderen juist zo interessant.
Gedigitaliseerde voeding
Op het gebied van onze voeding is er ook al enige tijd een digitalisering gaande. Zo worden dieren en vissen over het algemeen niet meer natuurlijk geteeld, maar volgestopt met groeihormonen, die een belachelijk snelle groei teweegbrengen. Fruit wordt onrijp geplukt en onderweg naar de Eerste Wereld in de gewenste kleur gespoten. En bijna alle producten die we in de supermarkt kunnen kopen, zitten vol met E-nummers, in Europa goedgekeurde kunstmatige (digitale) ingrediënten. De beroemdste is E621, de smaakversterker waar bijna iedereen, zonder het te weten, verslaafd aan is. Daarmee wordt het gebrek aan smaak van het te snel en goedkoop geproduceerde voedsel gecompenseerd. De natuurlijke smaak wordt steeds onbekender.
Zo heb ik me ook altijd afgevraagd waarom bijna alle producten gemodificeerd zetmeel moeten bevatten. Gemodificeerd betekent veranderd en geeft aan dat het zetmeel genetisch gemanipuleerd is. Misschien ben ik overdreven achterdochtig, maar worden wij op die manier ook niet zelf gemanipuleerd? Want waarom wordt dat zetmeel gemanipuleerd? En hoeveel invloed heeft die manipulatie op ons? Hoe groot is überhaupt de invloed van de digitalisering, of manipulatie van ons eten op ons lichaam en op onze geest? Is daar al onderzoek naar gedaan? Als zo'n onderzoek de economie maar geen schade toebrengt, want wat is er nu belangrijker?
Toevallig wordt deze veronderstelling onderbouwd door een interview uit 2002 dat ik zojuist tegenkwam van Tijn Touber met Dr. Hans Moolenburgh. Ik citeer Dr. Moolenburgh:
"Soja wordt genetisch gemanipuleerd om het bestand te maken tegen de steeds grotere hoeveelheden bestrijdingsmiddelen. Wat ze erin hebben gebouwd, is een gen van het agrobacterium tumofaciens – een parasiet die bij planten kanker veroorzaakt – en een gen uit het bloemkoolmozaiekvirus, dat lijkt op het menselijk hepatitis B-virus. Dan denk ik bij mezelf: ben je dan nooit eens bang voor wat je doet? Maar ja, het gaat om groot geld. Een plant kun je niet patenteren. Als je hem genetisch manipuleert, kan dat wel."
En alsof ons eten al niet in voldoende mate gemaakt, beïnvloed en vervormd is door onze geavanceerde productietechnieken,
worden veel maaltijden ook nog op een kunstmatige manier opgewarmd. Net zoals dat echte muziekliefhebbers een beter gevoel krijgen bij LP’s dan bij CD’s, heb ik als eetliefhebber sterk het gevoel dat het gebruik van de magnetron niet gezond is door de straling. Critici zullen zeggen dat ik dat niet kan bewijzen, maar waarom leggen we die bewijslast niet bij de ander? Wie de magnetron wil produceren mag bewijzen dat het product niet schadelijk is. Waarom zou een onnatuurlijke manier van opwarmen goed zijn voor ons (natuurlijke) lichaam?
Ondanks dat ik eigenlijk niet zo van het onderbouwen van mijn logica houd, dringt zich een ander citaat uit hetzelfde interview met Dr. Moolenburgh op: "Er is een flink aantal boeken over elektromagnetische vervuiling geschreven, maar het is nog niet tot de universiteit doorgedrongen,’ zegt Moolenburgh en hij wijst in het bijzonder op het gevaar van de magnetron die in vele huishoudens dagelijks wordt gebruikt: ‘De magnetron doodt alle enzymen en verandert de goede vetten in slechte vetten. Ik heb zelf vastgesteld dat de magnetron enorm veel energie aan mensen ontneemt."
Digitalisering in de medische wereld
In de medische wereld hebben we ook te maken met drastische ingrepen in de natuur. De digitalisering van het leven zelf neemt enge vormen aan. We kennen al lang de reageerbuisbaby en de abortus, als onnatuurlijke manieren om een leven te beginnen en te beëindigen. We kennen inmiddels ook de genetische manipulatie van mensen, zodat ze bepaalde eigenschappen wel krijgen en andere juist niet. De wetenschap is druk bezig om het klonen, ofwel het kopiëren van mensen, mogelijk te maken. Met dieren is het genetisch manipuleren en het klonen allang gelukt en het lijkt slechts een kwestie van tijd voordat de mens gefabriceerd kan worden. Moet ik uitleggen waarom ik niet uitkijk naar dat moment?
Als iemand een ziek orgaan heeft dan kunnen we overgaan tot transplantatie, alsof een orgaan alleen maar functioneel is, net zo onpersoonlijk als een autoband. Handig toch? Zo kunnen mensen hun verbruikte lichamelijke onderdelen laten vervangen. En als iemand om wat voor reden dan ook niet tevreden is met zijn uiterlijk, dan kan men zich wenden tot de marktplaats voor de plastische chirurgie. Dat betekent dat mensen ook hun uiterlijk laten perfectioneren, zelfs als ze het alleen maar doen omdat ze daar “meer zelfvertrouwen” van krijgen…. Pijnlijk! Welke media zou hen op die gedachte hebben gebracht?
Maar als we uit die voortrazende trein van de groeiende, ingrijpende medische mogelijkheden stappen en kijken hoe de gewone pillenwereld werkt, dan zien we ook een ongelijke strijd van de rijke en machtige chemische, (digitale) farmaceutische industrie tegenover de kleine natuurlijke (analoge) geneeswijzen. De corruptie, die altijd hand in hand gaat met het grote geld, speelt zeker in die wereld een allesbepalende rol. Het schijnt dat er in de farmaceutische wereldindustrie ongeveer net zoveel omzet is, als het Bruto Nationaal Product van Duitsland, dus vandaar.
Terwijl het gebruik van homeopathische geneesmiddelen steeds moeilijker en duurder wordt gemaakt, worden chemische medicijnen, via de overheid, verzekeringen en huisartsen, massaal opgedrongen aan patiënten. Een middel dat vaak voorgeschreven wordt, heeft zeer waarschijnlijk een machtige fabrikant. Zo hoeft er meestal helemaal geen (zeer verslavende) antidepressiva voorgeschreven te worden, maar eerder een paar goede gesprekken.
Maar als we ons dan gaan voorstellen dat mensen wèl doorgestuurd worden naar een psychiater of psycholoog, dan krijgen we weer te maken met een ander onderdeel van de digitalisering in de medische wereld. Psychiaters en psychologen denken namelijk in ziektebeelden en zijn opgeleid om patiënten, volgens wetenschappelijk principe, in te delen in hokjes. Ze zoeken doelgericht naar symptomen en concluderen vervolgens een daarbij passende afwijking of ziekte, terwijl de psyche van de mens lang niet altijd logisch of eenduidig is. Een geestelijk probleem kan volgens mij alleen opgelost worden als de geestelijke dienstverlener alles wat hij geleerd heeft in zijn denkbeeldige gereedschapskist laat zitten en met persoonlijke aandacht in contact treedt met de cliënt/patiënt.
De digitalisering van het contact
De digitale modernisering van de manier waarop wij contact hebben met elkaar, is erg snel gegaan de laatste decennia. Een echte ontmoeting tussen mensen, is natuurlijk de meest natuurlijke contactvorm. Je ziet elkaar vanaf de kleding, tot diep in de ogen, je ruikt elkaar, je hoort het onvervormde stemgeluid en de stilte, je voelt elkaars nabijheid en warmte en je kunt ten alle tijden reageren op wat je waarneemt. Dat is echt contact hebben, iets wat heel fijn kan zijn, vooral omdat je veel meer kunt uitdrukken en opvangen, dan bij digitaal contact. Je interpretaties van de ander zijn veel helderder en dus zijn er minder misverstanden mogelijk dan bij afstandelijkere contactvormen.
Aan de telefoon is dat echte contact al een stuk minder. De kwaliteit van het geluid is nooit zo goed als tijdens echt contact en je mist de hele visuele ervaring van die ander. Als je dan ook nog mobiel belt, is de ruimte die je voor een ander hebt, meestal een stuk kleiner. Onderweg moet je bijvoorbeeld ook nog op allerlei andere signalen reageren, of rekening houden met meeluisterende oren in de trein, als je daar überhaupt nog iets om geeft. En misschien heeft degene die jou onbewust in de trein belde, een heel natuurlijk, spontaan en fijn gesprek verstoord met degene die tegenover je zit. Het systeem dat kunstmatig contact verkoopt als een vorm van vrijheid, zorgt er regelmatig voor dat jij moet kiezen tussen natuurlijk contact met een onbekende en onnatuurlijk contact met een bekende. De keuze voor de verstoring van het moment door het telefoontje wordt al voor je gemaakt door het systeem. En jij moet sterk zijn om “nee” te zeggen tegen deze oproep, of om niet te reageren, omdat je in gesprek bent. Veel mensen zijn niet zo sterk, of hebben niet meer zo’n persoonlijke voorkeur voor echt contact.
Er zijn namelijk de laatste tien jaar, naast de mobiele telefoon, zoveel van die onnatuurlijke contactvormen bijgekomen: e-mail, chatten, smssen en je kunt zelfs een heel tweede leven leiden op het internet, met een verzonnen en gekochte identiteit. Ik wil niet beweren dat onnatuurlijke contactvormen, geen echt (persoonlijk) contact zouden kunnen teweegbrengen. Dat ligt immers aan de inhoud van het contact. Maar ik zeg wel dat echt contact het beste kan stromen via echte vormen en dat natuurlijke contactvormen de voorrang verdienen boven kunstmatige vormen. Het natuurlijke (analoge) contact is de vrije, echte optie. Terwijl het (digitale) onnatuurlijke contact dwingend en vaak een natuurlijk moment verstoort. Helaas voelen veel jongeren, onder invloed van de digitalisering, al niet meer de waarde van een natuurlijk moment.
De effectieve verwijdering van onze privacy en persoonlijkheid
Een ander nadelig aspect van de digitale modernisering is dat alles wat digitaal wordt weergegeven, ook gemakkelijk op te slaan is. Dat onze e-mails gescand worden door het bedrijf Echalon, is al een tijdje bekend en dat onze telefoon veelvuldig (in Nederland vaker dan in de VS) wordt afgetapt door de politie is ook bekend. Verder weten we ook al dat Google al jouw zoektermen op het internet registreert en moet overdragen aan de Amerikaanse overheid. Af en toe horen we ook hoe schokkend veel camera’s er in Nederland hangen in de openbare ruimte. En trouwens, op Google Earth kun je ook op satellietbeelden zien of ik en schuurtje in mijn achtertuin aan het bouwen ben, of niet.
Maar laatst las ik dat er een nieuw softwareprogramma op de markt is waarmee je te weten kunt komen waar een bepaald persoon met een mobiele telefoon zich op dit moment bevindt: Latitude. Begint het je al te benauwen? Of zou je er ook geen probleem van maken als de overheid haar plan voor de lange termijn doorvoert, om een chip in je lichaam aan te laten inbrengen, waarmee ze je in kaart brengen en altijd zullen weten waar je bent?
De interesse van de overheid voor jouw privacy blijkt ook nogal uit de manier hoe het Elektronisch Patiëntendossier (EPD) doorgevoerd is. Volwassenen kunnen nog bezwaar maken tegen het EPD, maar kinderen worden wel verplicht om hun hele privacy in de computer vast te laten leggen. Tja, het schijnt handig te zijn, dus gaan we het maar beetje voor beetje verplicht stellen voor iedereen. We masseren het lekker in, te beginnen met de jongste generatie, en voor je het weet vindt iedereen het normaal dat Big Doctor, in nauwe samenwerking de farmaceutische industrie, alles van ons weet.
Hoe meer we ons dus inlaten met de digitalisering van onze cultuur en van ons leven, hoe meer we gecontroleerd zullen worden door de machten die boven de overheid staan en die achter de media zitten. We geven die machten dan steeds meer de kans om onze ideeën over de werkelijkheid te vormen en zo offeren we onze privacy, onze onafhankelijkheid en uiteindelijk ook onze persoonlijkheid steeds meer op aan het systeem. Willen we dat? Of willen we wakker worden?
Wakker worden
Als we ervoor kiezen om wakker te worden voor onze eigen werkelijkheid, onze eigen waarheden en onze eigen natuur, dan groeit ons zelfbewustzijn, ons geluk en onze geestelijke gezondheid. Voor onafhankelijk denken is nog nooit iemand gestraft. Wel voor het uiten van die gedachten. Bewustwording is eigenlijk de enige beweging waartegen geen enkele onderdrukkende machthebber is opgewassen. Het is namelijk een individueel proces van geestelijke ontplooiing, iets waar het systeem geen vat op kan krijgen.
Ondanks dat het systeem het wel zal opmerken als jij andere keuzes gaat maken, zal de herkomst van die keuzes onduidelijk blijven. “Het hart?” Zolang jij je niet aansluit bij een controversiële groepering, kunnen zij jouw bewuste keuzes niet bestrijden. De woorden fijn, ik voel me zo vrij en ik hou zo veel van worden niet geanalyseerd of begrepen door het spionagesysteem.
Het systeem probeert je wel met alle macht te verleiden en te sturen, maar het dwingt je nog niet om te consumeren volgens hun richtlijnen. Die richtlijnen liggen er, dat klopt. Maar jij kunt ook anders besluiten, om bijvoorbeeld anders te consumeren, anders TV te kijken, anders te denken, anders te voelen, anders te communiceren en anders mensen te ontmoeten. En jij kunt besluiten om te luisteren naar je eigen weten. Niemand houdt je tegen.
© Stef van Beek, Utrecht, 28 februari 2009.
www.globalsoul.nl